Nieuwsbrief Progressiegericht Werken 859


► Progressiegerichte samenwerkingsinterviews

Remco en Angelique werken sinds twee jaar in hetzelfde team en het botert niet erg tussen hen. Ze spreken elkaar het liefst zo weinig mogelijk. Tijdens teamoverleggen ergeren ze zich regelmatig aan de ander. Remco pakt, als Angelique aan het woord is, zijn telefoon en gaat wat zitten appen. Angelique kijkt stuurs naar de tafel en zucht soms onder haar adem als Remco iets naar voren brengt. De sfeer in het hele team is trouwens weinig positief. Steekjes onder water, negatief praten over het werk en de organisatie, zo eindigen overleggen en gesprekken vaak in lichte wrevel. Het kost niet alleen Remco en Angelique, maar ook de andere teamleden energie. Ze willen ervan af en besluiten dat er iets moet gebeuren. 

Training Progressiegericht Leidinggeven (start 15 januari 2026): In deze training progressiegericht leidinggeven van vijf sessies, die gegeven wordt door Gwenda Schlundt Bodien en Coert Visser  leert u als leidinggevende om sneller en prettiger progressie te bereiken met uw team.

►Vier houdingen van adviseurs; de kracht van de stevig-open houding

 Soms krijgen professionals feedback die hen in verwarring brengt, bijvoorbeeld dat ze ‘best wat minder bescheiden’ mogen zijn. Dergelijke feedback is vaak goed bedoeld, maar roept direct de vraag op: moet ik me dan arroganter gaan gedragen? Moet ik mezelf meer op de borst kloppen? Het risico bestaat dat iemand geforceerd gedrag gaat vertonen dat niet bij hem of haar past, of zijn bescheidenheid – een waardevolle eigenschap – overboord gooit. Om deze verwarring op te helderen, is het nuttig om te kijken naar wat er nu écht wordt bedoeld. Vaak zit er een misverstand achter over de verhouding tussen intelectuele bescheidenheid en professionele zelfverzekerdheid, en hoe je deze kunt combineren tot een stevig-open houding. 

► Het Batman-effect

Het Batman-effect, zo noemen de onderzoekers Pagnini et al (2025) het effect dat ze vonden in hun grappige experiment met Batman. Prosociaal gedrag dat zijn vrijwillige handelingen die gericht zijn op het welzijn van anderen. Prosociale gedragingen zijn enorm belangrijk voor het functioneren van samenlevingen en voor het welzijn van mensen in die samenlevingen. Naast persoonlijke verschillen spelen ook contextuele factoren een rol in prosociaal gedrag. Het omstanderseffect is een negatief voorbeeld hiervan; mensen hebben soms de neiging niets te doen als er meerdere anderen zijn. 

► Autonomie-ondersteuning werkt beter dan dwingend leiderschap, ook voor militairen

Er is veel bewijs voor de effectiviteit van autonomie-ondersteunend leiderschap en onderwijs. Wanneer ik opper dat deze benadering ook in de opleiding van elitemilitairen beter werkt dat dan de dwingende en vernederende stijl die we soms in films zien, onmoet ik soms scepsis. Kan zo’n benadering wel werken in de extreme context van commando’s en mariniers? Is dat niet te soft? Het beeld dat velen hebben van militaire vorming is dat van ‘hardheid’ door controle. De instructeur schreeuwt, de rekruut gehoorzaamt. Denk aan Gunnery Sergeant Hartman in Full Metal Jacket, die zijn rekruten onmiddellijk dehumaniseert door te brullen dat ze ‘niet eens menselijke wezens’ zijn, maar ‘de laagste vorm van leven op aarde’. Hij eist totale onderwerping: ‘Vanaf nu spreken jullie alleen wanneer ik het zeg, en het eerste en laatste woord uit jullie smerige riolen is ‘Sir’!’ Het doel is de soldaat tot een wapen te maken, maar de film laat ook zien waar deze stijl toe kan leiden: Private Pyle, het mikpunt van de vernederingen, wordt niet gehard, maar breekt eronder. Die logica van ‘hardheid door dwang’ heeft mij nooit overtuigd. Twee associaties dringen zich bij mij op — beide met een vergelijkbare afloop.  

► Is gecontroleerde motivatie soms nodig?

In onze trainingen zeggen mensen wel eens: ‘autonome motivatie is natuurlijk het beste, maar we hebben in sommige gevallen gecontroleerde motivatie nodig, bijvoorbeeld wanneer mensen antisociaal gedrag vertonen dat moet stoppen’. 

► De interne coach: leiden van achteren en de neurocognitieve basis van zelfcoaching

“Ik moet mezelf beheersen” wijst op een diepe paradox: wie coacht wie? Ik introduceerde het concept ‘interne coach’ (Visser, 2025) voor zelfbegeleiding via reflectie. Dit roept vragen op: bij determinisme is het een illusie of homunculus. Sheldon en Sedikides (2025) bieden een krachtig nieuw perspectief met hun ‘symbolische zelf’ en ‘Goal Breakthrough Model’. Dit mechanisme verklaart zelfcoaching zonder een magisch ‘ik’. Dit artikel onderbouwt dat de interne coach geen metafoor is, maar het reële proces waarmee het symbolische zelf intentioneel richting geeft aan ons leven.

Nieuwsbrief Progressiegericht Werken 858



► Waarom beginnen met de nuttigheidsvraag echt helpt

De CPW 7-stappenaanpak is een gespreksstructuur voor progressiegericht helpen. Professionals die kennismaken met de 7-stappenaanpak, stellen soms de vraag: waarom zou je met die nuttigheidsvraag beginnen, kun je niet net zo goed meteen naar stap 2, de progressiebehoefte? Die vraag is begrijpelijk. Toch is het overslaan van stap 1 een valkuil. Juist deze stap bepaalt in hoge mate hoe gericht, effectief en motiverend het gesprek wordt.  

Training Progressiegericht Leidinggeven (start 15 januari 2026): In deze training progressiegericht leidinggeven van vijf sessies, die gegeven wordt door Gwenda Schlundt Bodien en Coert Visser  leert u als leidinggevende om sneller en prettiger progressie te bereiken met uw team.

► Pas op met je humor, leidinggevende!

Peterson et al (2024) onderzochten hoe de grapjes van leidinggevenden het welbevinden van medewerkers beïnvloedt. De heersende gedachte is dat humor van de leidinggevende stress bij medewerkers verlicht en dat humor zorgt voor positieve gevoelens bij medewerkers. Zo wordt humor van de leidinggevende geacht om bij te dragen aan een goede werksfeer en minder uitputting en stress bij medewerkers. De onderzoekers vermoedden echter een ander effect van humor. Zij vroegen zich af of het zo zou zijn dat hoe meer leiders humor uiten, ongeacht de kwaliteit van de humor, hoe sterker medewerkers zullen voelen dat ze positieve emoties moeten tonen en negatieve emoties moeten verbergen. Ze voerden drie onderzoeken uit om dit te bestuderen: een veldstudie, een lab studie en een multi-wave field study. 

► Systematische zelfcorrectie: direct repareren van je eigen verkeerde gespreksafslagen

Je zit midden in een gesprek en terwijl je praat, hoor je jezelf een zin beginnen waarvan je direct voelt: ik neem een verkeerde afslag. Misschien merk je als progressiegerichte leidinggevende of coach dat je irritatie laat doorsijpelen, of dat je een vraag stelt die de ander passief maakt. Op zo’n moment heb je twee keuzes: de ingeslagen weg vervolgen en hopen dat je de bestemming toch bereikt, of direct op de rem trappen en het stuur omgooien. Dit proces van jezelf ‘betrappen’, hardop stoppen en direct herformuleren noemen we systematische zelfcorrectie. Het is een vaardigheid die het verschil kan maken tussen een stroef lopend gesprek en een interactie waarin daadwerkelijk progressie wordt geboekt.  

► Hoe activeer je bestaande kennis?

Wanneer mensen in een leersituatie zitten, is het raadzaam om hun bestaande kennis over het betreffende onderwerp te activeren, zodat de leerder een bruggetje kan bouwen tussen wat hij al weet en wat hij aan het leren is. De manier waarop die bestaande kennis wordt geactiveerd, bepaalt of de leerder het nut ervan inziet en ervaart. In deze bijdrage worden drie invalshoeken voor het ontwerpen van nuttige kennisactiveringsoefeningen. 

► Progressiegerichte intervisie: de vele voordelen voor teams

Toen ik meer dan 20 jaar geleden met progressiegerichte intervisie experimenteerde in managementteams, vroeg ik de deelnemers achteraf wat deze manier van werken hun had opgeleverd. Hun reacties vormden een compact overzicht van voordelen. Inmiddels zie ik dat progressiegerichte intervisie in allerlei soorten teams wordt toegepast: bijvoorbeeld managementteams, L&D-teams, HR-teams, docententeams, zorgteams en operationele teams. De methode is geschikt voor vrijwel ieder team dat samen wil nadenken over praktijksituaties en gewenste progressie.  

►  Groeimindset is essentieel voor coachende managers

Het is belangrijk om te begrijpen wat mensen motiveert om te coachen, want coaching zorgt ervoor dat werknemers en organisaties beter presteren. In een experimenteel onderzoek van Wingen et al (2024) is gekeken hoe mindsets en coaching met elkaar samenhangen. Onderzoek van Mary Murphy laat zien dat groeimindsetculturen grote voordelen hebben boven statische mindset culturen. Maar is er ook sprake van een donker pad? 

Nieuwsbrief Progressiegericht Werken 857


► Van goede intenties naar goede acties

Op het UAF Live event 2025 sprak professor Ghorashi, van de VU Amsterdam. Ze doet onderzoek naar de processen van in- en uitsluiting in het leven van migranten en vluchtelingen. In dit onderzoeksartikel beschrijft ze twee componenten van categorisch denken die negatief werken: migranten zien als culturele anderen en migranten beschouwen als mensen met een achterstand. Veel mensen hebben de goede intentie om migranten te helpen integreren, maar kijken tegelijkertijd vanuit een deficiet model (wat ontbreekt er) en vanuit het idee dat de ander ‘anders’ is. Ze pleit voor kennisgebaseerde samenwerkingen, waarbij de ervaringen van migranten zelf een belangrijke input vormen voor beleid. 

Training Progressiegericht Leidinggeven (start 15 januari 2026): In deze training progressiegericht leidinggeven van vijf sessies, die gegeven wordt door Gwenda Schlundt Bodien en Coert Visser  leert u als leidinggevende om sneller en prettiger progressie te bereiken met uw team.

►Activerende gesprekstechnieken voor coaches

In progressiegerichte coachingsgesprekken zijn cliënten doorgaans meer aan het woord dan coaches. Ze krijgen ruim de gelegenheid om hun gedachten uit te spreken en hardop na te denken. Coaches sluiten aan op wat cliënten zeggen en stellen vragen die hen uitnodigen om verder te praten. Stap voor stap formuleren cliënten zo welke progressie ze willen bereiken en hoe ze daaraan kunnen werken. Soms komen cliënten toch niet zo gemakkelijk op gang in een gesprek. Coaches vragen zich dan regelmatig af hoe ze cliënten die niet zo spraakzaam zijn toch kunnen activeren. In dit artikel beschrijf ik enkele van die activerende gesprekstechnieken.  

► Geef opbouw een kans

Er is een prille start gemaakt om via de consensusvraag te komen tot een lange termijn visie en stabiel bestuur van Nederland. Met de aanpak van ‘begin met degenen wiens stoplicht op groen staat’ proberen de politici die wel bereid zijn over hun schaduw heen te springen om dat prille begin substantie te geven. In een dergelijke delicate fase, waarin alles nog moet worden opgebouwd, is het des te belangrijker om opbouw een kans te geven. Wat er daarbij door degenen die dit proces verslaan niet wordt gedaan is misschien nog wel belangrijker dan wat er wel wordt gedaan. 

►Training in hoogwaardig luisteren voor gesprekken over meningsverschillen

In veel landen worden debatten harder en gepolariseerder, terwijl de bereidheid om echt naar elkaar te luisteren onder druk staat. In plaats van te proberen de ander te begrijpen, zijn mensen vaak bezig met overtuigen, corrigeren of wegzetten. Een studie van Moin et al. (2025) onderzoekt of een relatief korte training in hoogwaardig luisteren mensen kan helpen om beter te luisteren naar iemand met wie ze diepgaand van mening verschillen. Ook kijkt de studie naar wat dit doet met zelfinzicht en attitudeverandering.  

►Nieuwe trainingslocatie naast NS station

Vanaf januari 2026 gaan we onze open inschrijftrainingen verzorgen op een nieuwe trainingslocatie: Aristo bij station Utrecht Lunetten. Aristo sluit qua visie goed aan bij wat wij belangrijk vinden: duurzame en wijze keuzes proberen te maken. Omdat we deze overstap maken zoeken we een goede bestemming voor onze meubels en kunstplanten en schilderijen. Zo hebben we drie tweezitsbankjes van Ikea, vier tafels met een houten blad, twee archiefkastjes, meerdere grote en kleine kunstplanten en 26 stoelen. Ken je iemand die iets hiervan goed zou kunnen gebruiken, dan kan het gratis en op afspraak in overleg in Vianen opgehaald worden. Mail ons even op info@progressiegerichtwerken.com 

► Complexe systemen vragen om de eenvoud van progressiegericht werken

Progressiegericht werken krijgt steeds meer aandacht. Maar wanneer is deze aanpak vooral bruikbaar? En wat is het verschil tussen progressiegericht werken en het zoeken naar probleemoorzaken? Deze thema’s bespreek ik hieronder. Ik kom tot een paradoxale conclusie: de complexiteit van menselijk gedrag en organisaties vraagt om de eenvoud van progressiegericht werken. Met andere woorden: veel problemen in het functioneren van mensen en organisaties bevinden zich in complexe systemen en kunnen het beste met een progressiegerichte benadering kunnen worden aangepakt.  

 

Nieuwsbrief Progressiegericht Werken 856

 

► Zelfhandicappen: hoe statische mindset via faalangst tot zelfsabotage leidt

Heb je wel eens een taak voor je uitgeschoven tot het allerlaatste moment, wetende dat dit je kans op succes verkleint? Of heb je vlak voor een belangrijke presentatie ineens de drang gevoeld om je inbox op te ruimen, je bureau te reorganiseren of andere ‘dringende’ taken te doen? Dit gedrag, waarbij we onze eigen prestaties ondermijnen, heet zelfhandicappen (self-handicapping). Het is een krachtige, maar vaak onbewuste psychologische strategie om onszelf te beschermen tegen het risico dat falen wordt gezien als een blijvend tekort aan eigen capaciteit.  

Training Progressiegericht Leidinggeven (start 15 januari 2026): In deze training progressiegericht leidinggeven van vijf sessies, die gegeven wordt door Gwenda Schlundt Bodien en Coert Visser  leert u als leidinggevende om sneller en prettiger progressie te bereiken met uw team.

Training Progressiegericht Coachen & Adviseren (start 15 januari 2026): De intensieve opleiding progressiegericht coachen wordt verzorgd door Coert Visser en Gwenda Schlundt Bodien. De opleiding is bedoeld voor (team-)coaches, coachende docenten, adviseurs en trainers 

► De mislukkingskloof

De mislukkingskloof. Hoe vaak denk je dat mensen die in de zorg werken hun handen niet goed genoeg wassen? Hoeveel mensen kunnen basale rekensommen niet oplossen? Welk percentage van stedelingen woont in ongezonde lucht? Het blijkt dat mensen systematisch onderschatten hoe vaak dingen fout lopen en hoe vaak bepaalde problemen voorkomen. De onderzoekers Eskreis-Winkler et al (2025) noemen deze onderschatting ‘de mislukkingskloof’. 
 

► Gepercipieerde groepsbehandeling en welbevinden: de rol van identiteit en psychologische basisbehoeften

De zelfdeterminatietheorie legt uit dat mensen zich beter voelen wanneer drie psychologische basisbehoeften worden vervuld: autonomie, competentie en verbondenheid. Minder vaak wordt bekeken wat er gebeurt als je merkt dat jouw groep in de samenleving positief of negatief wordt benaderd. Hangt dat samen met hoe jij je voelt en functioneert? Een nieuw artikel van Waterschoot et al. (2025) kijkt precies hiernaar. De hoofdlijn is dat hoe mensen de behandeling van hun groep ervaren, samenhangt met hoe goed hun eigen basisbehoeften worden vervuld en met hun welbevinden. Er is ook onderzocht of dit verband sterker is voor mensen voor wie de groepsidentiteit erg belangrijk is.  
 

►  Hoe lossen jullie dit op?

Hoe lossen jullie dit op? Het kan moeilijk zijn om op je werk te erkennen dat er iets is mislukt. Dat je je doel niet hebt bereikt, dat er iets niet goed is gelopen. Zeker als je je (deels) verantwoordelijk voelt voor de mislukking kiezen mensen er vaak voor om hun fouten voor zich te houden en er geen aandacht op te richten. Maar omdat veel mensen dit doen, draagt dit bij aan de mislukkingskloof, waarover dit artikel gaat. 
 

► Het leiderschap van Sarina Wiegman

Sarina Wiegman is een Nederlandse voetbaltrainer en voormalig voetbalster. Als bondscoach bereikte ze grote successen, zowel met het Nederlands elftal als met het Engelse elftal. Zij werd op tv geïnterviewd door Eva Jinek. Het gesprek bevatte een fragment dat mij aansprak.  
 

►  Vier soorten fouten

In het boek The Performance Paradox onderscheidt Briceneo vier soorten fouten. Die vier onderscheiden zich van elkaar op twee dimensies: de mogelijkheid om naar aanleiding ervan te leren en de mate van intentionaliteit of doelbewustheid. Wanneer je laag intentionele fouten maakt overkomen ze je als het ware, ze gebeuren opeens. Wanneer je hoogintentionele fouten maakt hou je er al rekening mee dat het fout kan gaan en ben je juist bewust aan het proberen ergens beter in te worden of je probeert juist bewust om fouten te voorkomen. 
 

Nieuwsbrief Progressiegericht Werken 855

► Podcast: training progressiegericht coachen & adviseren

Deze aflevering van de podcast gaat over de CPW-training progressiegericht coachen en adviseren. Wat is progressiegericht coachen en adviseren? Wat leer je in de training? Voor wie is de training bedoeld? Waarop is de training gebaseerd? Wie geven de training en hoe zien de sessies eruit? In deze podcast krijg je antwoord op die vragen. 

► Training Progressiegericht Coachen & Adviseren (start 7 november 2025)

Wil jij als coach of adviseur progressie bij jezelf en je cliënten en studenten realiseren? In zes intensieve sessies, gebaseerd op de nieuwste inzichten uit de wetenschappelijke psychologie, leer je de meest effectieve progressiegerichte interventies inzetten, zoals autonomie ondersteuning, groeimindsetondersteuning, de cirkeltechniek, toekomstprojectievragen en eerdere successenvragen. Je oefent met eigen casuïstiek en ontvangt directe hulp en feedback van Gwenda Schlundt Bodien en Coert visser. Je kunt het geleerde meteen toepassen in je eigen werk. Bij de start ontvang je de boeken ‘Handboek progressiegericht coachen’ en ‘100 sleutels tot progressie’. Schrijf je hier in.

► Intrinsieke en extrinsieke motivatie: vaak verkeerd begrepen termen

In de wereld van leiderschap, onderwijs en progressiegericht werken zijn intrinsieke motivatie en extrinsieke motivatie veelgehoorde termen. Ze duiken op in populaire artikelen en in onderlinge gesprekken, maar niet zelden met een uitleg die niet klopt. Als u deze termen kent, is de kans groot dat u de volgende, veelgehoorde interpretatie bent tegengekomen: Intrinsieke motivatie komt van binnenuit de persoon (gedreven door het zelf), terwijl extrinsieke motivatie van buiten de persoon komt (beloning of straf). Hoewel deze indeling logisch en intuïtief klinkt, is deze interpretatie fout. In dit artikel hanteer ik het begrippenkader van de zelfdeterminatietheorie, omdat dit kader precies maakt waar het onderscheid werkelijk over gaat: de relatie tot de activiteit. Het voorkomt de hardnekkige verwarring tussen internaliteit en autonomie, en biedt een continuüm waarop extrinsieke motivatie kan variëren van gecontroleerd naar autonoom, met sterke empirische onderbouwing in onderwijs en werk (Ryan & Deci, 2000; Ryan & Deci, 2002).  

► Zelfleiderschap bevorderen

Zelfleiderschap bevorderen. In deze meta-analyse focussen de onderzoekers op zelfleiderschap op het werk. Zelfleiderschap is het proces waarbij iemand zelf invloed uitoefent op zijn gedachten, gevoelens en gedrag op het werk. De persoon leidt zichzelf en motiveert zichzelf, in plaats van dat die afhankelijk is van een leider. Het is dus een interne bron, je stuurt jezelf aan om iets te bereiken. Er zijn drie zelfleiderschapsstrategieën die je kunt inzetten om die zelfsturing en zelfmotivatie te bereiken. 

► De uitdaging van gecontroleerde oriëntatie: hoe autonomie-ondersteuning toch effectief kan worden

In veel contexten zie je mensen die gemotiveerd zijn door externe prikkels: ze streven naar beloningen, willen kritiek vermijden of voldoen aan verwachtingen van anderen. Hun motivatie komt niet van binnenuit, maar is afhankelijk van druk, controle of de wens om goedkeuring te krijgen. De zelfdeterminatietheorie (ZDT) noemt dit mensen met een gecontroleerde oriëntatie (CO). Voor hen is gedrag vooral extern gemotiveerd: aangestuurd door straf, beloningen, druk of sociale normen. Tegelijk blijkt uit onderzoek dat niet een controlerende motivatiestijl maar juist autonomie-ondersteuning essentieel is voor kwalitatief goede motivatie. Een belangrijke vraag is: hoe ondersteun je autonomie bij mensen die van nature juist sterk op externe prikkels gericht zijn? De praktijk leert dat bij gecontroleerde motivatie dezelfde autonomie-ondersteunende benadering soms direct positief ontvangen wordt, en soms weerstand oproept. Dit artikel onderzoekt hoe dat komt, welke rol context speelt, en hoe je autonomie-ondersteuning effectief kunt afstemmen op mensen met een CO.  

► Werkplekleren draait om autonome motivatie, leerdoelen, taakontwerp en leercultuur

In de hedendaagse arbeidsmarkt is continu leren belangrijk. Dit geldt voor zowel werknemers als organisaties. De markt wordt gekenmerkt door snelle technologische vooruitgang, flexibele werkvormen en toenemende arbeidsmobiliteit. Omdat formele programma’s zoals cursussen en trainingen vaak niet direct aansluiten bij de onmiddellijke en veranderende behoeften, wint werkplekleren aan belang. Dit type leren wordt gedefinieerd door de integratie van leren en werken, waarbij competentieontwikkeling deel uitmaakt van de dagelijkse taken en interacties. Een systematische review van Wijga et al. (2025) onderzocht de factoren – of antecedenten – die de betrokkenheid bij deze geïntegreerde leeractiviteiten bevorderen of belemmeren. Het onderzoek integreert inzichten uit studies gepubliceerd van 2012 tot 2022.  

► Mindsetcultuur en erbij horen: de grote invloed van leeftijdsgenoten

Wanneer leerlingen en studenten een nieuwe school of klas binnenstappen, spoken er vaak twee vragen door hun hoofd: “Kan ik dit niveau aan?” en “Hoor ik hier wel thuis?”. Deze vragen zijn psychologisch nauw met elkaar verweven. Zeker tijdens de adolescentie, een periode waarin de mening van leeftijdsgenoten (peers) vaak zwaarder weegt dan die van volwassenen. We weten dat een groeimindset – de overtuiging dat capaciteiten ontwikkeld kunnen worden – essentieel is voor veerkracht. Maar recent onderzoek verschuift de focus: wat als de omgeving een statische mindset uitdraagt, zelfs als het individu zelf in groei gelooft? Een nieuw theoretisch artikel van Seo et al. (2025) duikt in een krachtige maar vaak onderbelichte context: de peer mindsetcultuur. Dit artikel biedt een raamwerk om te begrijpen hoe de gedeelde overtuigingen onder leeftijdsgenoten het gevoel van ‘erbij horen’ (belonging) kunnen maken of breken.